Vlaamse meerderheid wil ouders die levenloos geboren kindje verliezen meer erkenning en ondersteuning geven

Publicatiedatum

Tags

gezin

Auteur

Katrien Schryvers

Deel dit artikel

In een voorstel van resolutie vragen de meerderheidspartijen in het Vlaams Parlement een betere ondersteuning voor ouders van een levenloos geboren kind. Concreet pleiten ze voor een betere registratie, garantie op een menswaardige behandeling van het stoffelijk overschot, en meer maatschappelijke erkenning en ondersteuning van ouders die zwangerschapsverlies meemaken. “Er bestaat grote diversiteit in de manier waarop ouders zwangerschapsverlies verwerken. Daarom is er nood aan verschillende handvatten die elk op een eigen manier kunnen helpen om met dit verlies om te gaan”, zo klinkt het.

De geboorte van een kind geldt als één van de meest heuglijke gebeurtenissen in het leven van veel mensen. Jammer genoeg eindigt echter 15 procent van de zwangerschappen in een miskraam en vijf op de duizend zwangerschappen eindigen in de geboorte van een levenloos kind. “Op het vlak van emotionele ondersteuning en erkenning van hun verdriet botsen deze ouders vaak op onwetendheid en onbegrip”, aldus Vlaams parlementslid Katrien Schryvers.

In april 2020 diende Vlaams parlementslid Katrien Schryvers al een conceptnota in met concrete aanbevelingen om de erkenning en ondersteuning van ouders die nog tijdens de zwangerschap hun kind verliezen, te verbeteren. Na hoorzittingen met experten ter zake formuleert zij nu samen met haar collega-parlementsleden enkele concrete vragen hiertoe aan de Vlaamse regering.

Betrouwbare registratie

Met het oog op het voeren van een gepast beleid, is het van belang om te beschikken over correcte cijfers. Het Agentschap Zorg en Gezondheid neemt informatie over het aantal levenloos geboren kinderen op in de jaarlijkse doodsoorzakenstatistiek. Hiervoor baseren zij zich op informatie die wordt doorgegeven vanuit de burgerlijke stand. Aangezien de aangifte van een levenloos geboren kind slechts optioneel is voor een zwangerschap tussen 140 en 179 dagen, geeft deze informatie geen volledig beeld van het aantal levenloos geboren kinderen in Vlaanderen. Om dit enigszins op te vangen verzamelt het Studiecentrum voor Perinatale Epidemiologie (SPE) aanvullend informatie bij artsen, vroedvrouwen en andere zorgverleners. Het gaat echter om een vrijwillige registratie en er is geen zekerheid dat effectief alle levenloos geboren kinderen die niet worden aangegeven bij de burgerlijke stand op deze manier toch in de doodsoorzakenstatistiek komen. Daarom vragen de parlementsleden om te komen tot één officieel, geïntegreerd registratiesysteem.

Menswaardige behandeling van het stoffelijk overschot

Ouders hebben het recht om hun kind, ongeacht de duur van de zwangerschap, te begraven of te cremeren, maar zijn hier niet altijd even goed van op de hoogte. Het is aangewezen dat ouders hierover proactief geïnformeerd worden"”, zegt Katrien Schryvers, “Het kan natuurlijk zijn dat ze een begraving of crematie op dat moment niet wensen, maar dan kan de garantie dat het stoffelijk overschot van een levenloos geboren baby niet samen met het ‘risicohoudend medisch afval’ wordt afgevoerd, momenteel niet gegeven worden.” De parlementsleden willen daarom dat er samen met de ziekenhuizen een protocol wordt opgemaakt voor de ethische behandeling van het stoffelijk overschot van een foetus wanneer de ouders zelf geen initiatief nemen tot begraven of cremeren. Hierbij moet ook een procedure worden uitgewerkt om informatie over de laatste rustplaats van het levenloos geboren kind te koppelen aan het medische dossier van de moeder. Het komt immers voor dat ouders op een later moment toch graag willen weten wat er met hun kind is gebeurd, en dan is het belangrijk dat daar een antwoord op kan gegeven worden.

Delen van goede praktijken

Een aantal ziekenhuizen doet veel moeite om ouders die het verlies van een baby voor de geboorte meemaken, te informeren en bij te staan. Die goede praktijken moeten vlotter gedeeld kunnen worden, ook wat betreft de ambulante zorg. Daarom vragen we dat het Agentschap Zorg en Gezondheid de praktijken inventariseert en uitwisseling aanmoedigt.

Een laatste rustplaats

In uitvoering van een decreet van Katrien Schryvers hebben ouders sinds 2014 het recht om hun levenloos geboren kindje te begraven of te cremeren, ongeacht de duur van de zwangerschap. Heel wat lokale besturen voorzien hiervoor op hun begraafplaatsen aparte plekken en zorgen voor een mooie invulling, denk maar aan sterretjesweides of vlinderbomen. Voor veel ouders kan dit helpen bij het rouwproces. “We moeten steden en gemeenten verder motiveren om op hun begraafplaatsen een plek in te richten waar levenloos geboren kindjes uitgestrooid of begraven kunnen worden enerzijds en om ouders van levenloos geboren kindjes desgewenst mee te betrekken bij het aanplanten van geboortebossen anderzijds. Ook dat kan helend werken,” aldus Schryvers.

Hulpverlening voor ouders die zwangerschapsverlies meemaken

Er zijn op het terrein verschillende organisaties aanwezig waarop ouders die zwangerschapsverlies meemaken beroep kunnen doen. Sommige ouders wensen bijvoorbeeld een mooie herinnering aan hun overleden kind, anderen zijn erbij gebaat dat ze hun ervaringen kunnen delen met lotgenoten, nog anderen hebben vragen van spirituele aard en zingeving of hebben nood aan professionele psychologische hulp. Sommige ziekenhuizen hebben zelf een sterk aanbod ontwikkeld, en ook Kind en Gezin ontwikkelde een aangepast aanbod voor ouders die tijdens of vlak na de bevalling een kind verloren. Het is echter een uitdaging om de meest gepaste ondersteuning bij de ouders te krijgen die hier nood aan hebben en het aanbod is ook niet overal in gelijke mate beschikbaar of gekend. De parlementsleden vragen dan ook om de noden van de getroffen ouders en de huidige goede praktijken in kaart te brengen en waar nodig het aanbod te versterken.

 Precies omwille van het feit dat de noden aan ondersteuning zo divers kunnen zijn, is het ook van belang dat de hulpverleners zelf de nodige kennis hierrond kunnen opbouwen en hierin zelf ook ondersteund kunnen worden.

 

Lees hier de resolutie die werd goedgekeurd in het Vlaams Parlement op 15 december 2021.

Nieuws

Cd&v wil meer pleegouders overtuigen

Sinds 2014 stijgt het aantal kinderen en jongeren dat opvang krijgt in een pleeggezin stelselmatig. Dat heeft alles te maken met het decreet pleegzorg dat toen in werking trad, een initiatief van Vlaams parlementslid Katrien Schryvers (cd&v). Toch blijven de noden hoog. Zo wachtten er in  2023  nog steeds 1.189 kinderen op een pleeggezin.  “Dat meer kinderen een plek vinden in pleegzorg juich ik toe, elk kind verdient een warme thuis om in op te groeien”, duidt Vlaams parlementslid Katrien Schryvers, die de info opvroeg. “Maar elk kind op de wachtlijst is er één te veel. We moeten alle drempels wegnemen en initiatieven nemen om potentiële pleegouders te overtuigen.” Schryvers wil daarom kandidaat-pleegouders helpen bij het vinden van kinderopvang en ze wil kandidaat-adoptieouders de weg wijzen naar pleegzorg.

 

Chatbox Nupraatikerover.be overschrijdt het cijfer van 100 gesprekken per maand

In 2023 tekende de chatbox Nupraatikerover.be voor het eerst gemiddeld meer dan 100 chatgesprekken per maand op. Opvallend is het zeer hoge aantal oproepers dat op de chatknop drukte wanneer er geen oproepers beschikbaar waren, en die dus niet konden worden geholpen. Dat waren er in 2023 maar liefst 5941, meer dan dubbel zoveel als in 2022, toen er ook al een record aantal gemiste oproepen werden opgetekend, zo blijkt uit cijfers die Vlaams parlementslid Katrien Schryvers (cd&v) verkreeg in antwoord op een parlementaire vraag aan Vlaams minister van Welzijn Caroline Gennez (Vooruit). “De chatbox wint aan bekendheid en jongeren durven blijkbaar meer in gesprek gaan. Dat is positief”, aldus Schryvers, “Anderzijds baart het feit dat veel jongeren zich wenden tot de chatbox zorgen over het aantal jongeren dat slachtoffer is van misbruik of mishandeling. Daarnaast is het aantal oproepers dat geen gesprek kon krijgen, veel te hoog. Er moet dan ook nog meer ingezet worden op de bereikbaarheid van de hulplijn.”

De 24 chauffeurs van Handicar Zoersel verzorgde in 2023 maar liefst 8298 ritten

Handicar Zoersel draait goed en dat is een goede zaak voor mensen die omwille van een mobiliteitsbeperking geen gebruik kunnen maken van het geregeld openbaar vervoer. Vorig jaar reden de 24 vrijwillige chauffeurs in totaal 123.129 om deze mensen van hun huis naar een hobby, familiebijeenkomst, dokter… te brengen. Zoersels schepen voor sociale zaken Katrien Schryvers, die als Vlaams parlementslid ook de commissie Welzijn opvolgt, is tevreden.