Cd&v wil meer bevoegdheden voor Afstammingscentrum én opheffing anoniem donorschap

Publicatiedatum

Auteur

Katrien Schryvers

Deel dit artikel

Sinds de opstart op 1 april 2021 registreerde het Afstammingscentrum, dat vragen beantwoordt van geadopteerden, metissen, donorkinderen… al 478 dossiers. Zo blijkt uit cijfers die Vlaams parlementslid Katrien Schryvers opvroeg bij Vlaams minister van Welzijn Hilde Crevits. De vele vragen van mensen over waar ze vandaan komen en wie hun biologische verwanten zijn bevestigen de noodzaak van het Afstammingscentrum. Maar er is nog meer nodig. Schryvers doelt op een uitbreiding van de bevoegdheden van het Afstammingscentrum en de DNA-databank, én op het doorbreken van de anonimiteit van donoren op federaal niveau. 

Het Afstammingscentrum informeert en sensibiliseert geadopteerden, donorkinderen, donoren… over afstammingsvragen. Daarnaast biedt het technische en psychosociale ondersteuning aan personen die op zoek gaan naar genetische verwanten. Zo is het de bedoeling dat het Afstammingscentrum uitgroeit tot een expertisecentrum ter zake.

Voor DNA-onderzoek en het uitbouwen van een DNA-databank werkt het Afstammingscentrum samen met het Centrum voor Menselijke Erfelijkheid (CME) van het UZ Leuven. Mensen kunnen, geheel vrijwillig, een DNA-staal laten afnemen om zo te zoeken naar verwanten. Wanneer een overeenkomst tussen DNA-profielen wordt gevonden, kan eventueel een ontmoeting worden georganiseerd. Het was Vlaams volksvertegenwoordiger Katrien Schryvers die in 2015 tijdens de hoorzittingen in de commissie Welzijn over gedwongen adopties de aanzet gaf voor een afstammingscentrum en DNA-databank.  In 2019 werd haar voorstel van decreet om dit te concretiseren, goedgekeurd.

318 nieuwe dossiers tijdens eerste volledig werkjaar

Sinds 1 april 2021 is het Afstammingscentrum operationeel. Sindsdien werden er al 478 dossiers geopend: 160 in 2021 en 318 in 2022, zo blijkt uit het antwoord op een parlementaire vraag die Schryvers stelde aan minister voor Welzijn Hilde Crevits. De meeste vragen waren vorig jaar afkomstig van personen die zelf geadopteerd waren (137). 23 dossiers hadden betrekking op metissen van de kolonisatie en 15 dossiers op donorkinderen. Daarnaast waren er 15 donoren die informatie wilden inwinnen of vrijwillig een DNA-staal afstonden om eventueel gevonden te kunnen worden als biologische ouder. In 9 dossiers ging het om geboorteouders of biologische familieleden van binnenlands geadopteerden en in 2 dossiers over de geboorteouders, of zoals zij zelf vaak verkiezen eerste ouders, van interlandelijk geadopteerden.

Er werden ook 24 dossiers geopend waarin de betrokkenen vragen hadden over afstammingsband(en) binnen de brede familie. Het gaat dan om vragen van buitenechtelijke kinderen, kinderen die werden afgestaan zonder formele beslissingen, informatie die na het overlijden van (groot)ouders naar boven komt, berichten over ongekende familie, halfbroers of -zussen uit vorige relaties of andere familiegeheimen. 37 dossiers handelden over informatieve vragen van personen die buiten de doelgroep vallen en in 46 dossiers moet er nog een intake gebeuren.

33 DNA-stalen

In 2021 werden elf DNA-stalen afgenomen en bezorgd aan het Centrum voor menselijke erfelijkheid. Het gaat om vier donorkinderen, drie donoren, twee sous-X-geadopteerden, een vondeling en een familielid van een donor. In 2022 waren dat er dubbel zo veel en gaven 22 personen vrijwillig een DNA-staal af om te worden opgenomen in de databank. Vorig jaar werd in twee dossiers een match gevonden. In het eerste bevestigde het DNA-onderzoek het vaderschap en in het tweede dossier vond een donorkind één van de biologische ouders. “De cijfers tonen ook dat heel wat mensen vragen hebben over hun afstamming en verwantschap,” legt Schryvers uit. “Het blijft natuurlijk een beperking dat de matching van het DNA-materiaal decretaal slechts mogelijk is tot de eerste graad. Daarom pleit ik voor een uitbreiding, in eerste instantie al naar de tweede graad.  Mensen hebben het recht om hun afkomst te kennen en ook broers en zussen, kleinkinderen en grootouders willen mekaar vinden.”

“Ten slotte blijf ik ervoor ijveren om op federaal niveau werk te maken van de opheffing van de anonimiteit van donoren. In omliggende landen is aangetoond dat dit geen negatief effect had op de bereidheid om donor te zijn. Hoog tijd dus om daar ook in ons land werk van te maken en zo het recht van kinderen om hun afkomst te kennen te garanderen”, besluit het parlementslid.

Nieuws

Doorgeefschenking neemt ongekende vlucht - Positieve maatregel voor zowel gezinnen als voor de economie

De doorgeefschenking, waarbij iemand die erft binnen het jaar kosteloos kan doorschenken aan zijn of haar kinderen of kleinkinderen, is helemaal doorgebroken. Dat blijkt uit nieuwe cijfers die Vlaams parlementslid Katrien Schryvers, wiens parlementair werk aan de basis lag van deze mogelijkheid, heeft opgevraagd. In 2024 schonken mensen die hadden geërfd bijna 374 miljoen euro kosteloos door aan hun kinderen of kleinkinderen. 2.212 personen werden op die manier begunstigd en vaak wisselden zo gronden, woningen of andere panden van eigenaar. “Sinds de invoering ervan in 2019 werd de doorgeefschenking nog nooit zo vaak toegepast als vorig jaar”, stelt Schryvers vast. Zij gaf bij de hervorming van de erfbelasting in 2018 zelf mee de aanzet om de erfenissprong op deze manier flexibeler te maken. “Wie erft kan zo de eigen kinderen, die vaak in een heel andere levensfase zitten (een huis kopen, jonge kinderen,…) een duwtje in de rug geven.”

Ook (half)broers en -zussen moeten elkaar kunnen vinden. - cd&v wil afstammingscentrum en DNA-databank uitbreiden.

“Het is onverantwoord en niet uit te leggen”, zegt Vlaams parlementslid Katrien Schryvers naar aanleiding van de recente onthullingen dat via Belgische fertiliteitscentra minstens 52 kinderen verwekt zijn bij 37 verschillende vrouwen met sperma van een donor die een kankerverwekkend gen draagt. Volgens de wet mag een fertiliteitscentrum maar 6 vrouwen verder helpen met materiaal van eenzelfde donor. “En dit is mogelijk nog maar het puntje van de ijsberg”, zegt Schryvers. “Dit zorg voor ongerustheid bij heel wat donorkinderen en hun gezinnen.”

Meer dan dubbel zoveel bussen tussen Antwerpen en Turnhout geschrapt in 2024 dan in 2023

In 2024 werd 6,68 procent van het totaal aantal geplande busritten op de gewone lijn tussen Antwerpen en Turnhout (de voormalige lijn 410) niet gereden. Dat blijkt uit cijfers die Vlaams parlementslid Katrien Schryvers, die ook burgemeester is van Zoersel, bekwam. Dat is aanzienlijk meer dan in 2023, toen het ging om 3,13 procent geschrapte ritten. Van lijn 417, de sneldienst Antwerpen-Turnhout over Zoersel reed maar liefst 7,32% van de bussen niet. In 2023 ging het op die verbinding over 2,45%. Het aandeel geschrapte bussen is daarmee meer dan verdubbeld op de gewone lijn Antwerpen-Turnhout en de sneldienst via Beerse. “Voor de sneldiensten over Zoersel en Wechelderzande ging dat aandeel zelfs maal drie”, aldus Schryvers, “Op deze manier is de dienstverlening echt onbetrouwbaar. Hoe kan je dan verwachten dat mensen kiezen voor het openbaar vervoer?”