Doorgeefschenking blijft populair – Doorgeschonken vermogen groeit met 15,7%

Publicatiedatum

Auteur

Katrien Schryvers

Deel dit artikel

De doorgeefschenking is een schot in de roos. Nu al voor het tweede jaar op rij draait het aantal akten van doorgeefschenkingen rond de 1000. Het totale vermogen dat op die manier werd doorgeschoven naar een jongere generatie nam in 2022 zelfs toe met 15,7 procent. Dat blijkt uit cijfers die Vlaams parlementslid Katrien Schryvers opvroeg. Met een doorgeefschenking kunnen mensen een deel of het geheel van wat ze erven belastingvrij doorgeven aan hun kinderen of kleinkinderen. Uit de cijfers blijkt nog dat het daarbij vaak gaat om onroerende goederen.

Kinderen laten meegenieten van de erfenis

Sinds 1 september 2018 is het voor erfgenamen mogelijk om hun erfenis voor het geheel of een deel ervan kosteloos door te schenken aan hun kinderen of kleinkinderen. Voorwaarden om beroep te kunnen doen op de vrijstelling van schenkingsrechten zijn onder meer dat de verkregen erfenis belast werd aan het tarief voor verkrijgingen tussen partners of in rechte lijn (bijv. kinderen die erven van hun ouders) en dat de schenking bij notariële akte gebeurt binnen het jaar na het openvallen van de nalatenschap.

Het was Vlaams volksvertegenwoordiger Katrien Schryvers die het voorstel van deze gedeeltelijke erfenissprong al in 2015 naar voor schoof en er sedertdien bleef voor ijveren. “Nu mensen doorgaans al ouder zijn als ze erven, hebben ze vaak de hele nalatenschap niet meer nodig”, legt Schryvers uit, “De jongere generatie is dan op een leeftijd dat ze die middelen wel heel goed kan gebruiken. Dit was ook de reden waarom in 2013 federaal een erfenissprong heeft mogelijk gemaakt. Met die erfenissprong kan wie erft de hele nalatenschap via verwerping laten voortvloeien naar zijn erfgenamen. Probleem is dat dit een keuze is tussen alles of niets. Mensen krijgen via die formule niet de mogelijkheid om een deel te behouden voor het geval ze zelf een tegenslag zouden kennen of zorgbehoevend worden. Die beperking houdt veel mensen tegen om voor een erfenissprong te kiezen. Onze doorgeefschenking of flexibele erfenissprong is daartegenover een veel socialer en gemakkelijker alternatief.”

Onroerende goederen  

Dat laatste blijkt ook uit de cijfers. De doorgeefschenking is duidelijk een schot in de roos. Uit de cijfers die Schryvers opvroeg blijkt immers dat deze mogelijkheid wél benut wordt. Meer nog, mensen hebben duidelijk de weg naar de doorgeefschenking gevonden. Na een start met 265 akten in 2019 en 631 in 2020, werden in 2021 en 2022 telkens om en bij de 1000 aktes van doorgeefschenkingen genoteerd.

“De doorgeefschenking blijkt intussen niet alleen goed gekend, maar ook vaak toegepast, “ reageert Schryvers tevreden op de cijfers, “Met 997 akten werden er in 2022 gemiddeld bijna 20 doorgeefschenkingen per week gedaan. Per akte werden gemiddeld twee (klein)kinderen begunstigd. In totaal ging het om 1.874 personen. Sinds de invoering van de doorgeefschenking op 1 september 2018 tellen we in totaal al 2906 akten waarin deze mogelijkheid wordt benut. Hiermee kregen 5563 (klein)kinderen een deel van de nalatenschap van hun (over)grootouders doorgeschoven”.

“De doorgeefschenking wordt vaak gebruikt om een onroerend goed door te schenken,  zo blijkt nog uit de cijfers die ik heb opgevraagd”, gaat Schryvers verder, “ Vorig jaar ging het om 1.684 doorgeschonken onroerende goederen, een twintigtal meer dan in 2021.”

Bleef het aantal akten in 2022 quasi gelijk aan 2021, er was wel sprake van een duidelijke toename  van het totale vermogen dat erfgenamen via de doorgeefschenking doorgaven. Tegenover 2021 was er vorig jaar een toename met 46,9 miljoen euro of 15,7 procent, tot in totaal 345 miljoen euro. Dat betekent echter niet dat er enkel grote bedragen werden doorgeschonken. In 2022 fluctueerden de doorgeschonken bedragen tussen 35 euro als laagste bedrag en 7,1 miljoen euro als hoogste.

Goed voor de economie

De gemiddelde leeftijd van de schenkers is jaar na jaar 70 tot 72 jaar, terwijl de begiftigden gemiddeld 40 tot 42 jaar oud zijn. “Die gegevens bevestigen de analyse die we bij het voorstel tot deze mogelijkheid maakten: mensen zijn alsmaar ouder als ze sterven en de generatie die dan erft, heeft de middelen minder nodig, maar wil toch graag een deel behouden”, zo stelt Schryvers, “Ongetwijfeld is de flexibiliteit van de doorgeefschenking een grote troef en de reden voor het succes. In tegenstelling tot de verwerping van de gehele nalatenschap via de erfenissprong kunnen met de doorgeefschenking zowel de erfgenamen als hun kinderen de erfenis aanwenden in functie van hun wensen en behoeften. De erfgenamen kunnen een deel behouden, bijvoorbeeld als zekerheid voor hun oude dag, en tegelijk hun eigen kinderen, die in een heel andere levensfase zitten, een duwtje in de rug geven. Het is heel duidelijk dat dit systeem gesmaakt wordt. Dat de jongere generatie zo sneller middelen bekomt, geeft niet alleen hen meer mogelijkheden, het is daarenboven goed voor onze economie.”

Nieuws

8.000 gezinnen moesten vorig jaar hun schooltoeslag terugbetalen

Vorig schooljaar moesten de gezinnen van meer dan 8.000 leerlingen de schooltoeslag terugbetalen, omdat de leerling in kwestie te vaak onwettig afwezig was geweest van school. Dat blijkt uit cijfers die Vlaams parlementslid Katrien Schryvers opvroeg. Volgens Schryvers is het belangrijk om die leerlingen goed op te volgen: “Het terugvorderen van de schooltoeslag moet altijd samengaan met opvolging via een traject: waarom is die leerling zo vaak afwezig? Is er in dat gezin iets aan de hand? Vandaag varen we blind: we weten niet hoeveel trajecten werden opgestart en welke impact de terugvordering heeft op die gezinnen. Vooraleer we daarop zicht hebben is een verstrenging niet wenselijk.”

"Elk slachtoffer moet geholpen kunnen worden." - Op 5 jaar tijd dubbel zoveel dossiers bij diensten slachtofferonthaal.

Met in totaal 12.082 nieuwe dossiers hadden de Vlaamse diensten slachtofferonthaal (DSO) het in 2024 dubbel zo druk dan in 2019, dat blijkt uit info die Vlaams parlementslid Katrien Schryvers (cd&v) opvroeg. Tegenover 2023 was er vorig jaar een stijging van 8,77 procent. De stijging komt er onder meer doordat de diensten slachtofferonthaal in veel meer zaken automatisch gevat worden, maar ook doordat het bewustzijn rond het belang van de opvang van slachtoffers is vergroot. “Elk slachtoffer moet goed en op een redelijke termijn geholpen kunnen worden. Daarom moeten we ervoor zorgen dat we de toegenomen aantal dossiers ook aankunnen, anders worden slachtoffers een tweede keer slachtoffer”, zegt Schryvers.

Opstart Veilige Huizen doet ook tijdelijk huisverbod toenemen

In 2024 ontvingen de Vlaamse justitiehuizen in totaal 727 dossiers tijdelijk huisverbod, dat is een stijging van 9,8% tegenover 2023, zo blijkt uit cijfers die Vlaams parlementslid Katrien Schryvers opvroeg. Sinds 2020 steeg het aantal tijdelijke huisverboden met maar liefst 335%. Vooral daar waar recent Veilige Huizen zijn opgestart, is er het voorbije jaar nog een stijging van het aantal opgelegde tijdelijke huisverboden merkbaar. “Het is een goede zaak dat de maatregel steeds meer ingang krijgt”, vindt het parlementslid, “Vooral de afstemming met de Veilige Huizen lijkt belangrijk, zeker omdat er dan een alomvattende begeleiding kan worden gegeven.”