Zoersel start met register voor stilgeboren kindjes

Publicatiedatum

Auteur

Katrien Schryvers

Deel dit artikel

Een geboorte is een feest. Meestal toch... want soms gaat het mis, al tijdens de zwangerschap of bij de geboorte. Of het kindje sterft vóór of na de geboorte maakt voor de ouders geen verschil, maar voor de wet wel. Om de ouders van sterrenkindjes een hart onder de riem te steken, besliste gemeente & ocmw Zoersel - in navolging van Oostende, Brugge en Gent - om te starten met een sterrenregister. In dit register kunnen alle stilgeboren kindjes, ongeacht de duur van de zwangerschap, geregistreerd worden. Deze aangifte is niet verplicht, heeft geen juridische gevolgen en is dus louter symbolisch, maar voor sommige ouders o zo belangrijk.

Wat voorziet de wet op dit moment in ons land? Leeft het kindje bij de geboorte, dan wordt het opgenomen in het geboorteregister. Een stilgeboren kindje wordt niet ingeschreven in het geboorteregister. Afhankelijk van de duurtijd van de zwangerschap zijn er dan wel verschillende andere mogelijkheden:
- Is het kindje stilgeboren vóór 140 dagen zwangerschap, dan is er geen registratie mogelijk.
- Is het kindje stilgeboren tussen 140 en 179 dagen zwangerschap, dan mogen de ouders het kindje een officiële voornaam geven en laten opnemen in het overlijdensregister.
- Een kindje stilgeboren na 179 dagen zwangerschap kan, sinds de uitbreiding van de wet in 2019, een voornaam én familienaam krijgen. Het kindje moet dan ook geregistreerd worden in het overlijdensregister.
(bron: www.goedgezind.be/sterrenkindjes)

Zolang ze niet in een geboorte- of sterrenregister opgenomen worden, lijkt het voor veel ouders alsof deze kindjes niet volwaardig worden erkend, terwijl net die erkenning zó belangrijk kan zijn om dit verlies te verwerken.


klein gebaar, groot verschil

“Vanaf 1 november kunnen ouders die dat wensen ook in Zoersel terecht voor een registratie in het sterrenregister”, vertelt schepen KAtrien Schryvers. “Met dit klein gebaar willen we ouders, die hier op deze manier behoefte aan hebben, helpen bij hun verwerkingsproces. Zo’n registratie kan online of op afspraak bij de dienst burgerzaken, ongeacht de duur van de zwangerschap of wanneer die zwangerschap plaatsvond." “Niemand wordt uitgesloten”, gaat zij verder. “Ook ouders van een kindje dat al langer geleden stilgeboren werd, geven we zo de gelegenheid het nog te laten registreren. Nadien ontvangen ze een attest van de registratie, samen met een zakje bloemenzaadjes, geselecteerd door onze dienst milieu. Zo wordt er ook bijgedragen aan de biodiversiteit in onze gemeente. Deze zaadjes kunnen ze zaaien in hun tuin, in de berm of in een bloempot in huis om de herinnering aan hun kindje te koesteren.”

“We beseffen uiteraard dat iedereen zo’n verlies op zijn eigen manier verwerkt”, zegt Katrien nog. “Een opname in het sterrenregister is dan ook een erg intieme en persoonlijke keuze en dus verre van een verplichting. Het staat ouders van een stilgeboren kindje helemaal vrij hun kindje al dan niet te laten registreren. Hebben zij daar, om welke reden dan ook, geen behoefte aan, dan is dat ook helemaal oké.”


laatste rustplaats

“Daarnaast is het voor ouders van een levenloos geboren kindje vaak ook erg belangrijk om hem/haar een laatste rustplaats te kunnen geven. Het benadrukt dat het kindje belangrijk was en voor altijd in hun hart zal blijven. Net als het sterrenregister kan een plekje op een begraafplaats hen de mogelijkheid geven om het verlies van hun kindje te erkennen en om te rouwen”, aldus nog Katrien Schryvers.

Stilgeboren kindjes kunnen, ongeacht de duur van de zwangerschap, begraven, gecremeerd of uitgestrooid worden. Alle drie de begraafplaatsen in onze gemeente hebben een sterretjesweide, waar enkel (stilgeboren) kindjes uitgestrooid kunnen worden. De begraafplaatsen hebben ook een aparte plek waar (stilgeboren) kindjes begraven  kunnen worden (in een kistje of een urne). Een urne kan tot slot ook op het urneveld of in het columbarium geplaatst worden. Op die manier hebben ouders van stilgeboren kindjes, als zij dat wensen, een herdenkingsplek om naartoe te gaan. Maar ook dit is een erg intieme en persoonlijke keuze en dus zeker geen verplichting.

Nieuws

Drie maanden wachten om afspraak te krijgen bij het Centrum voor Rijgeschiktheid en Voertuigaanpassingen

Gemiddeld 97 dagen duurde het vorig jaar vooraleer een aanvrager een afspraak kreeg bij het Centrum voor Rijgeschiktheid en Voertuigaanpassingen. Dat is bijna een maand langer dan de gemiddelde wachttijd in 2023. Dat vernam Vlaams volksvertegenwoordiger Katrien Schryvers in antwoord op een parlementaire vraag. “Dat moet toch korter kunnen”, vindt Schryvers, “Een gebrek aan mobiliteit betekent immers vaak ook een gebrek aan kansen, en dat moeten we zo veel mogelijk vermijden.”

Gendergelijke vertegenwoordiging is ook op lokaal niveau een absolute noodzaak

Vrouwen blijven ondervertegenwoordigd in de Vlaamse gemeenteraden én schepencolleges. Naar aanleiding van Internationale Vrouwendag op 8 maart vraagt Vrouw & Maatschappij, de vrouwenbeweging van cd&v, de Vlaamse regering om werk te maken van een strenger genderquotum in de schepencolleges, naar het voorbeeld van Wallonië. Daar geldt al sinds 2012 de regel dat minstens één derde van de leden van een verschillend geslacht moet zijn in het schepencollege. "Tijd dat Vlaanderen die stap ook zet," klinkt het bij V&M-voorzitter Lynn Callewaert.

 

Meer dan 1 op 4 trams in Antwerpen niet toegankelijk voor mensen met beperking

De Lijn heeft haar doelstelling met betrekking tot de toegankelijkheid van de tramvloot niet gehaald. Vooral Antwerpen is met 71,8% toegankelijke trams nog veraf van de doelstelling van 85% trams die toegankelijk zijn voor mensen met een beperking. Dat vernam Vlaams parlementslid Katrien Schryvers in antwoord op een parlementaire vraag. “Dat betekent dat maar liefst 28% of meer dan een kwart van de trams die er in Antwerpen en omgeving rondrijden niet toegankelijk is”, aldus Schryvers, “Er is dus nog een lange weg te gaan om de eerdere doelstelling te behalen.” Schryvers roept op om hier toch zo snel mogelijk werk van te maken. “Toegankelijk openbaar vervoer is een belangrijk element voor inclusie van mensen met een beperking”, aldus het parlementslid.