Meer steun nodig voor studenten die ook mantelzorger zijn: Gespreide examens, flexibelere deadlines en aangepaste studieprogramma’s

Publicatiedatum

Auteur

Katrien Schryvers

Deel dit artikel

Elk jaar op 23 juni vraagt cd&v, net als vele organisaties, graag aandacht voor het onmisbare werk dat duizenden mantelzorgers doen. Een moment om respect te tonen aan al die moeders, vaders, partners, dochters, zonen, zussen, broers, of gewoon buren of vrienden die zich dag in, dag uit, inzetten voor een zorgbehoevende naaste. Vlaams Parlementsleden Brecht Warnez en Katrien Schryvers grijpen dit moment aan om een structurele hervorming te lanceren: studenten die ook mantelzorger zijn moeten een eigen, decretaal verankerd statuut krijgen in het hoger onderwijs. “We spreken over meer dan 60.000 studenten die elke dag balanceren tussen zorg en studie. Die groep verdient eindelijk duidelijkheid, ondersteuning en erkenning”, aldus Warnez & Schryvers.

Onzichtbare helden op onze campussen

Volgens onderzoek combineert één op de vijf jongeren in het hoger onderwijs zijn of haar studie met regelmatige zorgtaken voor een familielid. Die jongeren nemen verantwoordelijkheden op die vaak onzichtbaar blijven, maar een zware impact hebben op hun studiesucces en mentaal welzijn. “Studenten die ook mantelzorger zijn, zijn geen uitzondering, ze zijn een structurele groep binnen onze hogescholen en universiteiten. Maar hun situatie wordt vaak genegeerd”, stelt Warnez.

cd&v stelt decretaal mantelzorgstatuut voor

Vandaag is er geen uniforme regelgeving die studenten die ook mantelzorger zijn, beschermt. Warnez en Schryvers willen daar verandering in: “Net zoals werkstudenten of studenten met een beperking recht hebben op aangepaste ondersteuning, moeten ook studenten die ook mantelzorger zijn, erkend worden in onze onderwijswetgeving. Het is tijd voor een decretaal statuut dat hen die bescherming biedt”, aldus Brecht Warnez. “Momenteel hebben de verschillende hogeronderwijsinstellingen allemaal een verschillende aanpak. Studenten mogen echter niet afhankelijk zijn van de goodwill van de hogeschool of universiteit waar ze studeren,” vult Katrien Schryvers aan. Dit statuut dat Warnez en Schryvers voorstellen, moet studenten recht geven op faciliteiten zoals gespreide examens, flexibele deadlines en aangepaste studieprogramma’s.

Eerlijke financiering en ondersteuning voor instellingen

Warnez pleit ook voor de opname van studenten die ook mantelzorger zijn, in het financieringsmodel van het hoger onderwijs. “Onderwijsinstellingen die deze studenten goed begeleiden, moeten daarvoor de middelen krijgen. Anders blijft het goede wil in plaats van structureel beleid”, klinkt het. Hij stelt voor om studenten die ook mantelzorger zijn, net als werkstudenten en studenten met een handicap extra te laten meetellen in de financieringsparameters.

Internationale kansen en mentale ademruimte

Ook op vlak van internationalisering ziet Schryvers kansen. “Voor veel studenten die ook mantelzorger zijn, is een buitenlandse studie-ervaring vandaag onhaalbaar. Dat is onrechtvaardig. Met extra mobiliteitstoelagen en flexibele trajecten kunnen we ook hen perspectief geven op een buitenlandse ervaring, en even ademruimte creëren”, zegt het parlementslid.

Samenwerken met STUVO’s en zorgorganisaties

Tot slot willen Schryvers en Warnez investeren in de begeleiding van deze studenten via studentenvoorzieningen en samenwerking met zorgorganisaties zoals Samana en ZoJong!. “Het moet duidelijk zijn waar studenten die ook mantelzorger zijn, terechtkunnen. Met een goed netwerk zorgen we ervoor dat niemand nog tussen de mazen van het net valt”, duiden ze.

Met de invoering van een uniform mantelzorgstatuut willen Warnez en Schryvers studenten ruimte geven om hun taak van mantelzorger voor een naaste op te nemen én hun kansen om een diploma te behalen te behouden. “Ook voor deze jongeren is een diploma de beste garantie voor de toekomst”, zo besluiten de parlementsleden. “Hun engagement voor een familielid mag dat niet in de weg staan.”

Nieuws

Provincie Antwerpen telt 40.000 geregistreerde mantelzorgers

Op 31 december 2024 waren er in de provincie Antwerpen maar liefst 40.025 mantelzorgers geregistreerd. Daarmee telt onze provincie ruim een vijfde (22,3%) van alle mantelzorgers die als dusdanig in 2024 geregistreerd werden in het kader van de Vlaamse Sociale Bescherming. Dat blijkt uit cijfers die Vlaams parlementslid Katrien Schryvers bekwam in antwoord op een parlementaire vraag. Het mantelzorgen blijft wel een vrouwelijke aangelegenheid. Bijna twee derde van de mantelzorgers is een vrouw. Schryvers pleit ervoor om goede praktijken rond een gericht mantelzorgbeleid te delen tussen lokale besturen. “De zorg die mantelzorgers bieden is onbetaalbaar, zij verdienen dan ook de best mogelijke ondersteuning”, vindt zij.

Enorm verloop bij directies van woonzorgcentra

Van de 818 Vlaamse woonzorgcentra kregen er in de eerste helft van 2024 maar liefst 140 een nieuwe directeur. In dezelfde periode werd in 124 woonzorgcentra het contract van de directeur beëindigd. Dat blijkt uit nieuwe informatie die Vlaams parlementslid Katrien Schryvers opvroeg. “Deze cijfers zijn echt onthutsend", vindt zij, "Op een half jaar tijd kreeg dus meer dan één op zes woonzorgcentra een nieuwe directeur.” Dat heeft ook een impact op de dagelijkse werking van het woonzorgcentrum. Een groot verloop bij de directies is natuurlijk niet bevorderlijk voor de continuïteit van het beleid.”

Bijna 1000 plaatsen herstelverblijf dreigen op 1 januari verloren te gaan

Zonder tussenkomst van de minister dreigen op 1 januari bijna 1.000 plaatsen voor herstelverblijf verloren te gaan. Na een hospitalisatie of ernstige ziekte kunnen patiënten in een herstelbedrijf revalideren en werken aan zelfredzaamheid. Vlaams Parlementslid Katrien Schryvers trekt aan de alarmbelen doet een voorstel tot bijsturing. “Indien de huidige voorwaarden ongewijzigd blijven, dreigen vanaf 1 januari 2026 130 centra voor herstelverblijf met in totaal bijna 1000 plaatsen te verdwijnen”, stelt Schryvers, “Dit mag echt niet gebeuren. Voor patiënten is dit géén overbodige luxe, we hebben elke plaats meer dan nodig. In een context waarin de zorg- en ondersteuningsnoden almaar toenemen, is het verloren laten gaan van capaciteit gewoonweg onverantwoord.”