De Lijn heeft haar doelstelling met betrekking tot de toegankelijkheid van de tramvloot niet gehaald. Vooral Antwerpen is met 71,8% toegankelijke trams nog veraf van de doelstelling van 85% trams die toegankelijk zijn voor mensen met een beperking. Dat vernam Vlaams parlementslid Katrien Schryvers in antwoord op een parlementaire vraag. “Dat betekent dat maar liefst 28% of meer dan een kwart van de trams die er in Antwerpen en omgeving rondrijden niet toegankelijk is”, aldus Schryvers, “Er is dus nog een lange weg te gaan om de eerdere doelstelling te behalen.” Schryvers roept op om hier toch zo snel mogelijk werk van te maken. “Toegankelijk openbaar vervoer is een belangrijk element voor inclusie van mensen met een beperking”, aldus het parlementslid.
Toegankelijke bussen en trams
Voor mensen met een beperking vormen ontoegankelijke haltes en voertuigen nog altijd een groot obstakel om gebruik te maken van het openbaar vervoer. Voor wat betreft de bussen die in eigen beheer van De Lijn rijden, antwoordde voormalig minister Peeters eerder dat die allemaal toegankelijk zijn. Bij de exploitanten die in onderaanneming van De Lijn rijden, is 99% van de bussen die voor het kernnet en het aanvullend net worden ingezet, toegankelijk, aldus de vorige minister eind 2023.
Achterstand vooral in Antwerpen
Daarnaast was het de bedoeling van De Lijn dat tegen 2025 ook 85% van alle trams toegankelijk zouden zijn. “Helaas werd die doelstelling niet gehaald, en is ze zelfs nog veraf,” aldus Vlaams parlementslid Katrien Schryvers op basis van een antwoord op een parlementaire vraag, “Op 31 december 2024 was nog maar 77% van de hele Vlaamse tramvloot toegankelijk.” Uit het antwoord blijkt dat het pijnpunt zich vooral situeert in de vervoerregio Antwerpen, waar op 31 december 2024 nog geen 72% van de trams toegankelijk was. 68 van de 241 trams (28%) die daar rondrijden zijn niet aangepast om mensen met een beperking vlot te vervoeren. Dat komt omdat er nog altijd redelijk wat oude PCC-trams (37) in gebruik zijn of alleszins niet buiten dienst zijn gesteld. Ook zijn er van de 84 Hermelijntrams die Antwerpen aandoen, maar liefst 31 niet voldoende toegankelijk.
In Gent was eind vorig jaar iets meer dan 79% van de trams toegankelijk. Voor wie zich aan de kust wil verplaatsen is er beter nieuws. De kunsttrams zijn allemaal toegankelijk.
Toegankelijkheid trams De Lijn (31 december 2024) – per vervoerregio
|
Antwerpen
|
Gent
|
Kust
|
Totaal trams De Lijn
|
Niet-
toegankelijk
|
toegankelijk
|
Niet-
toegankelijk
|
toegankelijk
|
Niet-
toegankelijk
|
toegankelijk
|
Niet-
toegankelijk
|
toegankelijk
|
68
|
173
|
14
|
53
|
|
48
|
82
|
274
|
28%
|
71,78%
|
21%
|
79,10%
|
|
100%
|
23%
|
76,97%
|
Nieuwe bestellingen
In antwoord op haar parlementaire vraag vernam Schryvers wel dat De Lijn plant om dit jaar nieuwe trams te bestellen die de oudste types moeten vervangen. De eerder geplande revisie van Hermelijntrams liep vertraging op en de seriebestelling voor de revisie van de eerste 11 van deze trams werd pas in december geplaatst. Hierdoor worden de eerste 11 van deze gereviseerde trams pas verwacht in de loop van 2026. “Het is heel jammer dat De Lijn haar doestelling niet heeft gehaald en dat er vooral in Antwerpen nog heel wat niet-toegankelijke toestellen rondrijden. Dat weerhoudt heel wat mensen met een beperking om het openbaar vervoer te nemen, waardoor ze wellicht kansen op werk, opleiding of sociaal contact moeten laten schieten, terwijl we net moeten inzetten op inclusie”, aldus Schryvers.
Toegankelijke haltes
Een van de doelstellingen van het Masterplan Toegankelijke Haltes is dat ook 50% van de haltes van het kernnet en aanvullend net toegankelijk is tegen 2030. Bestaande haltes moeten minimaal toegankelijk zijn met assistentie en nieuw (heraangelegde) haltes moeten autonoom toegankelijk zijn voor personen met een motorische beperking en voor blinden en slechtzienden. Daarnaast moet honderd procent van de haltes die zijn opgenomen in een Hoppinpunt autonoom toegankelijk zijn voor personen met een motorische en visuele beperking. Nieuwe haltes in een Hoppinpunt worden dan ook meteen toegankelijk aangelegd.
Het masterplan omvat meerdere initiatieven om die doelstelling te halen. Zo hadden op 31 december 2024 al 56 lokale besturen het coachingtraject ter zake gevolgd. Ook hadden 18 gemeenten één of meerdere aanvragen ingediend voor subsidies voor toegankelijke haltes.
In de vervoerregio Antwerpen was eind 2024 20,8% van de haltes toegankelijk voor personen met een motorische beperking, 47,5% is toegankelijk voor personen met een motorische beperking mits assistentie en 6,4% is toegankelijk voor personen met een visuele beperking.
“Dat is al een begin, maar het moet nog veel beter”, vindt Schryvers, “Ook op dit vlak blijft er nog veel werk aan de winkel. Toegankelijk openbaar vervoer zorgt ervoor dat iedereen, ook mensen met een beperking, kan gaan werken of een uitstap kan maken, en vormt zo een voorwaarde voor inclusie. Dat betekent inzetten op toegankelijke rijtuigen én toegankelijke haltes.”